Getijklok


TIDE CLOCK - HORLOGE DES MARÉES - GEZEITEN UHR - GETIJDEN UURWERK

Getijden en de Getijklok van Jacob Venker

EB EN VLOED ontstaan door de aantrekkingskracht van maan en zon, waarbij de maan de meeste kracht uitoefent. Langs onze kusten heerst een dubbeldaags tij. Ieder etmaal rijst en valt het water twee keer.

De gemiddelde duur van hoogwater tot hoogwater is 12 uur en 25 minuten. Maar gedurende de ene week komen de getijgolven sneller, en daarna weer trager. Deze versnellingen en vertragingen hangen samen met de stand van de maan en de zon ten opzichte van elkaar. Een mechanisch getijdenuurwerk zou hierdoor al heel snel uit de pas met het getij gaan lopen en afwijkingen van soms wel twee uur gaan vertonen. Dat komt omdat die alleen maar rekening houdt met de bewegingen van de maan. Bij deze ultra moderne, in Nederland ontwikkelde GETIJKLOK is dat niet meer het geval. Die houdt rekening met bijna alle getijdegolven en waterbewegingen (Rijkswaterstaat hanteert 94 golven; de Getijklok dus ook). Daarom wordt het uurwerk aangestuurd door een home-computer die ruim 95% van alle afwijkingen compenseert. Hierdoor loopt deze klok vrijwel geheel synchroon met ieder gewenst getij en is de Getijklok daarom ook het nauwkeurigste getijdenuurwerk ter wereld.

De 'Hoogwaterklok' van Maasluis

Reeds in 1996 toonde het gemeentebestuur van Maassluis belangstelling voor een getijdenuurwerk van Jacob Venker

Dat prachtige Maassluis ligt aan de drukst bevaren waterweg van Europa; heeft een eigen haven, en... een eb- en vloed getij! Op een steenworp afstand van de Noordzee zul je het water er ieder etmaal twee keer zien rijzen en vallen. Normaal gesproken stroomt een rivier naar buiten. Maar een merkwaardige bijkomstigheid is dat de rivier ter hoogte van Maassluis tweemaal per dag een tijdje naar binnen stroomt. Hoe dat mogelijk is lees je hieronder. De Noordzee zelf, overigens, is te klein en te ondiep om getij te kunnen verwekken. Maar tóch is het er. En niet te zuinig ook. Over het ontstaan ervan lees je meer in de sites GOLVEN en GETIJKLOK.

De met dubbeltorengoud vergulde wijzer snijdt doorlopend de rand van dit blauwe vlak, en fungeert dan als peilstok. Draaiend over de wijzerplaat komt de peilstok dieper of minder diep in het blauw te staan. Is het hoog water dan staat de wijzer loodrecht naar boven onder HW. Nu valt deze helemaal over het blauwe vlak. Het water is dan als het ware tot het topje van de 'peilstok' gerezen. Ongeveer 5 uur later (de wijzer staat dan rechts onderaan) is het blauw langs de peilstok 'gezakt' en is deze vrijwel helemaal droog komen te vallen. Dan begint een ongeveer vier uur lange periode dat het laag water 'LW' is. Zo is het rijzen en vallen van het water makkelijk af te lezen en te voorspellen. Van links naar rechts loopt er ook een klein rood boogje door de blauwe getijvorm. 3.5 uur na hoogwater heeft het waterniveau het N.A.P. bereikt. Op dat moment snijdt de wijzer het rechter uiteinde van deze boog. Pas ruim twee uur voor hoog water zal het niveau weer tot boven het N.A.P. gerezen zijn. Dat is wanneer het linker uiteinde gepasseerd wordt. SPRINGTIJ is een verschijnsel dat zich om de twee weken voordoet. Het valt steeds twee dagen na- volle en nieuwe maan. In die perioden is de getijgolf hoger en iets steiler. Het water rijst dan ook iets sneller. Gevolg daarvan is echter weer wel dat het een paar uur langer duurt eer het na hoog water weer laag water wordt. Het water staat dan op zijn laagst wanneer de wijzer links onderaan staat. Dat is ongeveer 7.5 uur na hoog water. DOODTIJ is het als de maan in een der kwartieren staat. Dat is steeds een week NA het SPRINGTIJ. Tijdens zo'n doodtij-periode is het laag water wanneer de wijzer loodrecht naar beneden wijst.

De hoogste golf is de springtij- , die daaronder de doodtij-kromme. Rijkswaterstaat RIKZ ( Rijksinstituut voor Kust en Zee ) meet het zeewaterniveau op tal van locaties. Niet alleen langs onze kust, maar ook langs de grote rivieren. Met behulp van een vlotter wordt daarbij op al die locaties de verticale waterbeweging continu bijgehouden. Zo ontstaan lange meetreeksen. Maassluis heeft ook zo'n meetpunt. De nauwkeurigheid van de Getijklok danken we mede aan het bestaan van deze door Rijkswaterstaat gemeten reeksen.

Bijzonder bladgoud

In feite is iedere Getijklok een synergie tussen oeroude ambachtelijke uurwerkkunst en eigentijdse high-tech. Zo is de wijzerplaat voorzien van met bladgoud vergulde Romeinse cijfers. Maar let hierbij eens op de gestoken scherpe weergave van zelfs de kleinste details. Dat al die details zo mooi zijn weergegeven is het resultaat van een nieuwe, door Jacob Venker ontwikkelde, methode van vergulden.

Omdat het eb- en vloedgetij een gecompliceerd samenspel van golven is, vergt de simulatie daarvan een al even ingewikkelde rekenpartij. Ouderwetse mechanische uurwerken kunnen dat niet aan en vertonen daarom regelmatig afwijkingen van wel twee uur. Het uurwerk van Venker's Getijklok wordt echter aangestuurd door een PC. Die draait, stand-alone, op eigen software. Daardoor kan het geheel continu perfect synchroon lopen met de Getijtafels van Rijkswaterstaat die het astronomisch getij weergeven ...theoretisch tot oneindig ver in de toekomst. Deze in ons eigen land door Jaap Venker en Ad de Jong uit Sint Anthonis ontwikkelde Getijklok is hiermee het nauwkeurigste getijden uurwerk ter wereld.

Styling

Een Getijklok is altijd custom-made. Uiteraard ook deze, want aangezien de roestvast stalen wijzerplaat (met een diameter van 110 cm) aan de gevel hangt van het fraaie zeventiende eeuwse Nationaal Sleepvaart Museum, is het een en ander qua styling en kleurstelling, geheel in overeenkomst met wat toentertijd gebruikelijk was. In voorkomende gevallen wordt dus iedere Getijklok in onderling overleg met bestuurders en andere autoriteiten volkomen aangepast aan de plaatselijke vereisten, voorschriften en omstandigheden.

Soortgelijke klokken bouwde Venker voor het Loodswezen ( Scheldemonden ) en Rijkswaterstaat, Directie Zeeland, Middelburg